Tempel naast Villa Sabandari, een resort in de rijstvelden

Masceti tempel in Jalan Gunung Sari, onze buren dus

Na een ochtend van buikkrampen was Saar rond de middag in staat te douchen en waren we even later klaar om te vertrekken naar Villa Sabandari. Omstreeks 14:00 arriveerden we bij Jalan Gunung Sari 4.
Rudy en zijn vriend Achmad waren bijna klaar met inpakken voor hun vertrek van ’s avonds.
Achmad heeft drie maanden Nederlandse les gehad en spreekt de taal verbazend goed.
Het was best grappig hem te horen vertellen dat de moeder van Rudy geen Engels spreekt en dat hij daarom bij de eerste ontmoeting zou zeggen: “Dag moeke, hoe maakt u het?”
We hadden nog geen middageten gehad dus stuurde Saar onze pembantu Made (spreek uit Madé, of wat dacht je?) erop uit om pisang goreng (gebakken banaan) te gaan kopen.
Ze mocht ook gelijk boodschappen doen voor het avondeten en het ontbijt.
De menukeuze werd aan haar overgelaten.

Saar boekte intussen een auto met chauffeur voor morgen. Willy komt aan in Denpasar om 10:15 en daarna wil Saar gaan shoppen. We hebben de auto voor 10 uur ter beschikking, van 9:00-19:00 en betalen, inclusief benzine 350.000 Rupiah of €27. Moeilijk voor te stellen inderdaad.

In Villa Sabandari, small boutique hotel in Ubud, BaliIk ben erin geslaagd een nieuw werkwoord uit te vinden.
Het ging vanzelf, zonder enige oefening.
Het gaat ‘m over het werkwoord “doodzitten”.
Een levend wezen doden door erop te zitten.

Dat heb ik gepresteerd met een tjitjak (een kleine hagedis). Vraag me niet hoe maar toen ik opstond uit mijn stoel lag het arme diertje daar. “Zo plat als een duppie”, zoals Saar dat noemt.

We hebben twee tempels als buren.
In a small rice field temple, near Villa Sabandari, a boutique villa in UbudDe tempel waarop we uitkijken, aan de overkant van de sawah (het rijstveld), ligt er niet al te verzorgd bij.
Te oordelen naar de aanwezige offertjes is hij echter nog wel in gebruik.
Ik zag er de clash van de culturen in beeld: twee drakenkoppen, elk in zijn eigen colaflesje: bizar.
De tempel was verlaten maar echt wel wat spooky.A statue in one of the many temples in Bali
Rudy en Achmad zijn intussen vertrokken. Ze vliegen met Qatar Airways en in Business Class nota bene.
Made heeft als dinnersurprise gekozen voor … Nasi Goreng en lekker zoete watermeloen als dessert.
Intussen is al het personeel naar huis. Enkel de security man blijft tot morgen 8:00 op post.
We hebben zowat alle lampen in huis en tuin aan en er klinkt een zacht, loungie muziekje doorspekt met de geluiden van de tropen: de gekko’s, de cicaden, de krekels en andere, mysterieuze klanken en kreten.
Dit wordt onze eerste nacht in het nieuwe huis. ‘In the rice fields near Ubud’, zoals het dan staat in de folders en op de websites van de ontelbare hotels en villa’s  in de omgeving.
‘Waar zijn we aan begonnen?’ flitst het door mijn hoofd.
‘Wanneer zullen we operationeel zijn?’
‘Hoe zullen de eerste gasten reageren en wat zullen ze schrijven in het gastenboek?’
‘Wat een avonturen!’ zegt Stephan dan.
De security guard, Duvel en de goden uit twee tempels waken over ons.
Er kan ons niks gebeuren.
Toch