Een gezellig hotel in Ubud?

We gingen op bezoek bij Gerty en Raymond, een ex-collega en haar man, die twee jaar geleden België hebben geruild voor Sanur, Indonesië.
Ze hadden ons al een grote dienst bewezen door als “mystery guests” een evaluatie te maken van “Mandala Desa”.
We brachten bij hen verslag uit van het mislukken van ons project.
Tijdens het gesprek suggereerde Gerty dat we eens moesten praten met Rudy Kerremans, een Belg die al jaren in Indonesië woont en een restaurant heeft in Ubud“Café des Artistes” .
Hij kent Bali erg goed en zou ons zeker raad geven.
Gerty had ook gehoord dat Rudy van plan was zijn huis, in de omgeving van Ubud te verkopen.
We reserveerden voor dinner in Café des Artistes de volgende avond.
Tijdens het eten sprak ik de blanke tuan (= mijnheer) aan die in het restaurant rondliep als een kapitein op zijn schip en, waar nodig, instructies gaf aan het bedienend personeel.
Ik stelde mezelf voor en vroeg hem een digestiefje met ons te drinken.
Rudy is een heel extraverte en open persoon en we hadden een leuk gesprek.
Het bleek te kloppen dat zijn huis te koop was en we maakten een afspraak om de volgende middag te gaan kijken.
Na de lunch in Café des Artistes bracht Rudy ons naar zijn huis in Peliatan, een paar minuten buiten het centrum van Ubud.
Op het einde van de hoofdstraat draai je drie kwart mee met de rotonde en dan gaat het steil omhoog over een smal, geasfalteerd weggetje.
Na het passeren van een tempel moet je links omhoog, een verhard paadje op.
Rudy parkeerde zijn 4×4 vlak voor een poort in Balinese stijl.
Het terrein is, naar Balinese gebruik, volledig ommuurd om de boze geesten buiten te houden.
We gingen de poort binnen en ik hoorde aan Saar’s reactie dat we niet verder hoefden te zoeken.
Ze deed namelijk geen enkele moeite om haar enthousiasme te verbergen.
Het uitzicht op de sawah (= het rijstveld) was fantastisch, de gebouwen smaakvol en de tuin mooi aangelegd.
Het zwembad leek naadloos over te lopen in de rijstvelden.
Rudy bleek links en rechts van het bebouwde perceel nog twee percelen in lease te hebben.
We zagen in onze verbeelding al een gezellig hotel in Ubud met ‘rice field view’ en een huis voor onszelf op één van de aangrenzende stukken.
Na een korte rondleiding en een frisse pint was de koop gesloten. We kochten het huis en het perceel rechts ernaast. Rudy zou zelf opnieuw bouwen op zijn derde perceel. We kregen dus een Belgische buur aan de éne kant en een Balinese tempel als buur aan de andere kant.
Tijdens onze laatste week op Bali moesten we spijkers met koppen slaan: het hele zaakje juridisch correct structureren en een goede architect zoeken.
Meer hierover in een volgende bijdrage.